Kinderen terugsturen naar een onveilig land waar sommigen niet zijn geboren en anderen al op heel jonge leeftijd met hun ouders uit zijn gevlucht, waar ze niet worden geaccepteerd, waar geen toekomst voor hen is en waar oorlog en onderdrukking heersen, dat is barbaars en inhumaan. Let wel: het gaat hier om kinderen. Kinderen die in Nederland zijn geworteld en Nederlands zijn geworden, kinderen die hier op school zitten en alleen onze taal spreken, kinderen die geen idee hebben van het land waar hun ouders vandaan komen, kinderen die nergens schuld aan hebben en gewoon recht hebben op een leven met een toekomst in het land waar zij geworteld zijn.
Hun ouders zijn gevlucht uit een land waar zij en hun kinderen niet veilig waren. Ze zijn niet voor niets gevlucht. De meeste van deze kinderen wordt verweten dat zij en/of hun ouders te weinig hebben meegewerkt aan hun eigen vertrek. Het meewerkcriterium wordt zó strikt toegepast, dat bijna niemand kan voldoen aan deze eis. Het is bijna onmogelijk om op grond van de definitieve regeling van het kinderpardon voor een verblijfsvergunning in aanmerking te komen. Hierdoor dreigt momenteel voor ongeveer vierhonderd in Nederland gewortelde kinderen uitzetting naar een vreemd en veelal onveilig land, waarvan ze vaak de taal niet eens spreken.
Maar wat kan de gemeente hieraan doen, zult u zich afvragen?
Deze kinderen wonen in een gemeente, ze gaan er naar school, ze sporten er, ze hebben vriendjes en vriendinnetjes, net als de andere kinderen in ons land. Veel gemeenten komen al voor deze gewortelde inwoners op. GroenLinks heeft daarom het initiatief genomen voor een motie. Hiermee roept Dinkelland als 34e gemeente in Nederland de staatssecretaris op om deze kinderen niet weg te sturen, want ze zijn al thuis. Ze horen bij ons.